Gerichte medicijntherapie

Aan de hand van een buisje bloed- of speeksel stelt het laboratorium een zogenoemd DNA-paspoort op. Op zo’n kaartje staat het farmacogenetisch profiel dat aangeeft hoe het lichaam reageert op verschillende medicijnen. Op grond daarvan kan een specialist beter persoonlijk gerichte medicijntherapie voorschrijven. Zo kan de dosering worden verhoogd of verlaagd of schrijft de arts juist een alternatief middel voor. Ziekenhuizen werken hierin nauw samen met de apotheek.

Genetische afwijking

Veel medicijnen breken af in de lever, ‘de stofzuiger van je lichaam’. Als een patiënt te weinig of juist te veel van bepaalde leverenzymen aanmaakt, kan een geneesmiddel in een te lage of te hoge concentratie in het bloed komen. Is de concentratie te laag, dan werkt het medicijn niet goed. Is de concentratie te hoog, dan is er grote kans op bijwerkingen en schadelijke gevolgen. Deze gevolgen kunnen zelfs dodelijk zijn. Het vermoeden is dat van alle patiënten zo’n 10 tot 20% een genetische afwijking heeft, waardoor geneesmiddelen mogelijk niet goed werken.

Darmkanker en borstkanker

Het Eindhovense Catharina Ziekenhuis zet het DNA-paspoort vooral in bij patiënten die vanwege darmkanker en borstkanker chemotherapie krijgen. Of er een DNA-test wordt uitgevoerd, weet de betrokken oncoloog. Hij of zij wijst patiënten daar altijd op.

Medische noodzaak

Het aantal aanvragen in het Catharina Ziekenhuis is de laatste jaren gegroeid. Door de jaren heen heeft het laboratorium meer dan 10.000 DNA-profielen opgesteld. Het ziekenhuis voert ook testen uit voor omliggende ziekenhuizen. Een test is alleen aan te vragen door een medisch specialist of huisarts en alleen als er een medische noodzaak is. Een DNA-paspoort wordt aangevraagd als een patiënt mogelijk ernstige bijwerkingen ondervindt van medicatie of wanneer een geneesmiddel bij een patiënt niet goed blijkt te werken.

Bron: Catharina Ziekenhuis